top of page
Zoeken

Wachtend


Het is een ietwat lastige ochtend. Mijn spijsvertering loopt niet lekker, mijn lijf zeurt, de puberdochter zeurt en mijn motivatie zeurt. Of beter gezegd, mijn gedachten zeuren tegen mijn motivatie. Zo’n ochtend waarop je hoopt dat de volgende tas thee de situatie beter zal maken, maar de verandering zet zich niet door. Mijn hoofd is bovenal gewoon leeg. Er is niets dat me echt bezighoudt of dat om aandacht schreeuwt. Ondanks dat ga ik op weg naar het plekje op de Scheldekaaien. Het wel gekende publiek zit al klaar en ik wens elk van hen een goeiemorgen. Sommigen vliegen op en zoeken de balustrade aan de overkant van de geul op. Anderen blijven rustig turen over het mistige wateroppervlak. Ze hebben de boel wel flink ondergescheten en ik heb dus wel wat poetswerk voor ik aan de slag kan. De waterbus glijdt voorbij en ik bedenk me dat dit nog wel een gekker zicht moet zijn dan iemand die staat te dansen. Van het moment dat ik de eerste opwarmingsoefening inzet, voel ik dat ik niet in vorm ben. Je kan het vergelijken met klei. Wanneer je een vers stuk klei vastneemt, dan voelt het als een zwaar, dens klompje. Je moet het kneden en warm laten worden in je handen. Zo voelen spieren ook. Je moet ze kneden door te bewegen en zo bepaalde spiergroepen samen te laten werken. De energie en warmte die daar bij vrijkomt, maakt de spieren soepeler. Het liefst zo soepel als deeg waar je rillende vormen in kan boetseren. En dus ga ik langzaam door mijn oefeningen en heb ik weinig aandacht voor de omgeving. Er is ook niet veel te zien. Letterlijk. Er hangt een dichte mist over de Schelde, een witte rokerige mist. Het is het soort lucht waar mijn moeder me als kind steeds bang voor maakte. “Je sjaal voor je mond, adem door je neus. Zet je muts op, bedek je oren.” Het is ook niet zo gek, ik hoor de autostrade ruisen aan beide zijden van de rivier. In de verte, boven Zwijndrecht zie ik een havenbedrijf dikke witte wolken uitstoten. In de tegenovergestelde windrichting gebeurt overigens net hetzelfde.

Voor het gerechtsgebouw staat een man te wachten. Hij kijkt af en toe op zijn telefoon, maar kijkt vooral rond. Zou hij met iemand hebben afgesproken? Wacht hij op hun ontmoeting? Er zijn weinig passanten. De Duitse buurvrouw komt niet voorbijlopen. Er zijn geen honden die hun baasje uitlaten. De oudere snelwandelaar heb ik al weken niet meer gezien. Soms maak ik me wat zorgen. Andere dagen bedenk ik dat hij misschien een andere routine of route heeft gekozen omdat het hem ging vervelen. En verveling is wel een thema vandaag. Heel de ochtend voelt als een routine. En dat vind ik jammer. Maar er zijn ook zo weinig impulsen. Alsof heel de wereld verpakt ligt onder de vieze witte wolken van de haven. Samen met de wachtende man, wacht ik mee op een gebeurtenis. Maar er komt geen catharsis vandaag. De man loopt na een half uur alleen verder. En ik houd er na een uur dansen ook mee op. Weinig moleculen zijn van plaats veranderd tijdens mijn klein verzet vandaag en het voelt een beetje als een teleurstelling. De dansschoenen gaan terug de zak in en met mijn sjaal voor mijn mond verlaat ik de plek. Mijn spieren zijn wel een pak soepeler, dat is toch dat.

En dan zie ik aan de overkant van de geul een man met een rode jas en een camera. Hij maakt foto’s van het plekje. Drie kraaien komen tussen de meeuwen op de balustrade zitten en verstoren de orde. Een hond komt blaffend de kaaien opgelopen en een koppel rent achter hem aan. Een jogger stopt om zijn heupen en armen los te gooien. Het lijkt wel een dans. Door de wolken schijnt de belofte aan meer daglicht. Verandering...

Dan toch!

56 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


Post: Blog2_Post
bottom of page